Waarom OCD een voorbeeld is van psychologische inflexibiliteit

Wat is psychologische inflexibiliteit?

Volgens Acceptance and Commitment Therapy (ACT) verwijst psychologische inflexibiliteit (rigiditeit) naar het onvermogen om flexibel om te gaan met gedachten, gevoelens en situaties, waardoor iemand vastloopt in ineffectieve patronen van gedrag.

Wat maakt dat iemand psychologisch inflexibel is?

ACT beschrijft zes kernprocessen1 die bijdragen aan inflexibiliteit wanneer ze disfunctioneel2 zijn:

  1. Cognitieve fusie: gedrag, zowel intern als extern, wordt gedomineerd door gedachten.
  2. Experientiële vermijding: willen ontsnappen aan/vermijden van ervaringen
  3. Geen contact met huidig moment: niet in het hier en nu zijn maar in het verleden/toekomst
  4. Waarden niet leidend
  5. Onwerkbare actie
  6. Fusie met geconceptualiseerde zelf: overmatige identificatie met verhalen over zelf/anderen
Waaruit blijkt de psychologische inflexibiliteit?

OCD wordt gekenmerkt door starre, repetitieve gedachten (obsessies) en gedragingen (compulsies) die iemand uitvoert om angst te verminderen, waardoor ze gevangen raken in een patroon dat hun vermogen beperkt om flexibel en effectief te reageren op de realiteit van het huidige moment en op hun diepere waarden.

Cognitieve fusie
Experientiële vermijding
Onwerkbare actie
Geen contact met huidig moment
Waarden niet leidend

OCD scoort dus op vijf van de zes processen.

  1. Een mentaal proces is een reeks van cognitieve activiteiten die in de hersenen plaatsvinden en bij elkaar horen
  2. Verhindert om een waardevol en betekenisvol leven te leiden